De fiscus voert al enkele jaren strijd tegen bedrijfsleiders, die zichzelf kosteloos vastgoed ter beschikking stellen via hun vennootschap. De vennootschap trekt dan alle uitgaven voor deze woning af als beroepskosten. De bedrijfsleider betaalt via de personenbelasting een beperkt forfait. Het hof van beroep in Gent beslecht de strijd in het nadeel van de fiscus.
Standpunt van de fiscus
Volgens de ‘bezoldigingstheorie’ zijn de uitgaven, die een (management) vennootschap maakt voor het kosteloos ter beschikking stellen van een onroerend goed aan haar bedrijfsleider, aftrekbaar als beroepskost. Op voorwaarde dat de bedrijfsleider werkelijke prestaties levert voor de vennootschap en deze laatste haar bedrijfsleider met het voordeel van alle aard wenst te bezoldigen. Het Hof van Cassatie en het Grondwettelijk Hof bevestigen het bestaan van de ‘bezoldigingstheorie’.
De toepassing van deze nochtans duidelijk afgebakende theorie lag al langer onder vuur bij de fiscale administratie. Zelfs wanneer het niet ter discussie staat dat de betrokken bedrijfsleider werkelijke prestaties levert voor de vennootschap. De fiscus verwerpt ook in dat geval de aftrek van de uitgaven die de vennootschap maakt. Ze argumenteert dan dat er een disproportionaliteit bestaat tussen het in de personenbelasting belastbare voordeel van alle aard en de kosten die gemaakt zijn door de vennootschap om het voordeel van alle aard te verschaffen.
“Het stoorde de fiscale administratie dat de vennootschap haar belastbare grondslag in de vennootschapsbelasting kon verkleinen door een mooi voordeel te verstrekken aan de bedrijfsleider”
Baanbrekend arrest
In een nieuw arrest verkregen door Lauwers Fiscale Advocaten maakt het hof van beroep te Gent brandhout van de bezwaren van de fiscale administratie. Volgens het hof kunnen er geen extra voorwaarden gekoppeld worden aan de toepassing van de bezoldigingstheorie, zodra vastgesteld is dat een bedrijfsleider werkelijke prestaties heeft geleverd voor een vennootschap. En op voorwaarde dat de vennootschap de bedrijfsleider hiervoor vergoedt met een voordeel van alle aard. De toevoeging van om het even welke andere voorwaarde zou neerkomen op een verboden opportuniteitsoordeel.
“Dat de forfaitaire aftrek van het voordeel van alle aard in de personenbelasting niet in verhouding staat met de omvang van de kosten die de vennootschap draagt, doet volgens het hof niet ter zake aangezien de wet hierover geen enkele voorwaarde stelt.”
Gevolgen voor bedrijfsleiders
Het volgt uit deze rechtspraak dat de kosten, die een vennootschap maakt met betrekking tot de kosteloze terbeschikkingstelling van een onroerend goed aan haar bedrijfsleider, aftrekbaar zijn als beroepskosten. Op voorwaarde dat de bedrijfsleider werkelijke prestaties levert voor de vennootschap en deze haar bedrijfsleider met het voordeel van alle aard vergoedt. De bewijslevering van dit bezoldigingsopzet betreft een feitenkwestie.
De bezoldigingstheorie laat de vennootschap toe:
• Een onroerend patrimonium op te bouwen;
• De eigen belastbare grondslag te beperken;
• De zaakvoerder te bezoldigen op een in de personenbelasting eerder fiscaal voordelige manier. Ook als de vennootschap slechts het vruchtgebruik verwerft van een onroerend goed, zou de bezoldigingstheorie van toepassing moeten zijn wanneer aan alle voorwaarden ervan voldaan is. Enkel wanneer de kosten manifest overdreven zouden zijn, kan de fiscale administratie de aftrek ervan nog weigeren.
Voorbeeld in cijfers
Een managementvennootschap is eigenaar van een appartement aan zee. Het appartement behoort in volle eigendom toe aan de vennootschap en wordt kosteloos ter beschikking gesteld aan deze bedrijfsleider als vergoeding voor de door hem geleverde prestaties. De bedrijfsleider wordt bijgevolg belast op een voordeel van alle aard.
Nemen we het voorbeeld van een onroerend goed met een aankoopwaarde van €500 000 en waarvan het in de personenbelasting belastbare voordeel van alle aard €7 000 op jaarbasis bedraagt. De vennootschap draagt jaarlijks een kost met betrekking tot het onroerend goed ten bedrage van €30 000 (afschrijvingen, onroerende voorheffing, verzekering,…).
Lauwers Fiscale Advocaten is een advocatenkantoor met meer dan 45 jaar ervaring in alle aspecten van het fiscaal recht. We drukken regelmatig onze stempel op de fiscale rechtspraak en zorgen zo voor meer fiscale rechtvaardigheid voor burgers en bedrijven. De fiscale wetgeving evolueert continu en ook de financiële technologie staat niet stil.
Het team van Lauwers Fiscale Advocaten volgt alle ontwikkelingen op de voet en is een pionier in het verkennen van onbekend fiscaal terrein.
Ontdek onze juridische diensten op www.lauwers-law.be
Voel je thuis in de advocatuur
In 2003 richtte Thierry Lauwers het kantoor Lauwers Fiscale Advocaten op. “We hebben intussen twee kantoren en werken met een team van tien mensen. Stuk voor stuk gedreven medewerkers met een flinke dosis expertise en energie.”
Voor de verdere groei van het kantoor is Lauwers Fiscale opzoek naar:
• een commerciële medewerker binnendienst.
• een medewerker advocaat met meerdere jaren ervaring in het Fiscaal Recht.
• een medewerker advocaat met meerdere jaren ervaring in Estate Planning.
• een stagiair advocaat met specialisatie in het Fiscaal Recht.
• een paralegal Meer informatie over deze vacatures vind je op www.lauwers-law.be